Om ons heen zien we steeds vaker gebreide en gehaakte producten, zoals kussens, dekens en vloerkleden voor het interieur. Maar ook in de mode zie je veel gebreide kleding en accessoires, zo is de Noorse trui (mede dankzij Mart Smeets) weer helemaal terug en heeft iedereen wel een of meer gebreide shawls in de kast hangen.
Wat opvalt is dat de prijzen van al die gebreide producten erg kunnen verschillen. Voor een paar euro koop je een gebreide shawl, maar je kan ook gemakkelijk een paar honderd euro uitgeven voor een gebreid vest. Waar zit ‘m dat in?
Het is inderdaad nogal verwarrend, al die garens en gebreide kleding en interieurspullen met zoveel prijsverschillen. En op het eerste gezicht ziet het er allemaal mooi uit. Je zou het kunnen vergelijken met chocolade. Je hebt chocolade die nauwelijks naar chocola smaakt en je hebt bonbons die als een engeltje over je tong zweven. Verder heb je chocola waar ‘een luchtje aan zit’ in de vorm van kinderarbeid of andere onfrisse praktijken en je hebt Fair Trade chocolade, waarbij de boeren een eerlijke prijs krijgen voor hun product. Al die factoren (smaak, een gewoon blok chocolade of een luxe bonbon en hoe eerlijk de handel is) bepalen de prijs van al die tongstrelende heerlijkheden.
Dat is met garen precies hetzelfde, alleen nog wat ingewikkelder. Je hebt heel veel verschillende garens, katoen, wol, acryl, zijde, bamboe, alpaca en nog heel veel meer. Daarnaast geldt voor al die verschillende soorten steeds weer een ander chocoladeverhaal. Kortweg kun je ze in drieën delen. De prijs van garens van plantaardige herkomst zoals bijvoorbeeld katoen wordt bepaald door de kwaliteit (het maakt erg veel uit waar de katoen groeit of het van super, gemiddelde of matige kwaliteit is) en door de productie (krijgen de mensen een eerlijk loon die het moeten verbouwen en maken en in hoeverre wordt bij die productie het milieu niet te veel belast door giftige stoffen of andere factoren).
Bij garens van dierlijke oorsprong zoals bijvoorbeeld wol is het nog iets ingewikkelder. Wol groeit op een levend wezen, het schaap, en dan begint het al bij de omstandigheden waarin het schaap geleefd heeft. Worden de schapen diervriendelijk gehouden (iets dat lang niet altijd vanzelfsprekend is), van welk soort of schapenras is de wol (sommigen zijn heel zeldzaam en anderen minder geschikt voor kleding bijvoorbeeld) hoe is de wol gesponnen en geverfd en waar. Ook daar zijn er veel verschillen in de beloning van de arbeiders en het respecteren van het milieu. Dat alles bepaalt natuurlijk de uiteindelijke prijs. Kortweg kun je wel zeggen dat hoe beter je kunt nagaan hoe het garen gemaakt is, hoe duurder het garen doorgaans is.
Verder heb je natuurlijk nog een grote groep kunststof garens. Deze worden vaak uit restproducten van de olie-industrie gemaakt en hebben daardoor een minder gunstig effect op het milieu. Eigenlijk komt het er op neer dat je met (soms een heel luxe soort) plastic breit of haakt. Ook het wassen van deze garens maakt dat er steeds kleine deeltjes plastic in ons afvalwater verdwijnen en in de zee terecht komen. Wat je ook kiest er zit altijd wel weer een verhaal achter, maar je kunt er grofweg wel vanuit gaan dat de prijs van je garen iets zegt over de verantwoordelijkheid waarmee het geproduceerd is. Veder kun je natuurlijk altijd bij je lokale gespecialiseerde wolwinkel terecht voor meer informatie over de materialen die ze verkopen, heb je meteen een ‘goed gesprek’…